Mondmaskers - Hoe zit het nu?
22 juni 2020
Nuttig tegen COVID-19?
“Mondmaskers dragen om jezelf te beschermen heeft weinig zin”, klonk het de voorbij weken. Toch kan een mondmasker de kans op besmetting verlagen, vooral wanneer je in nauw contact staat met een besmette persoon, zoals zorgverleners. Het is dan wel van groot belang dat de maskers op de juiste manier worden gedragen, dat wil zeggen dat ze nauw aansluiten en dat je ze niet aanraakt met je handen.
Mensen die besmet zijn met het virus dienen een mondmasker te dragen om verdere verspreiding van het virus tegen te gaan. Ook de zelfgemaakte maskers kunnen dus de verspreiding van het virus helpen tegengaan.
Soorten adembescherming
Maskers
De keuze van het masker is in de eerste plaats afhankelijk van de gewenste beschermingsfactor maar ook van het draagcomfort.
Volgende maskers kunnen worden onderscheiden:
Onderhoudsvrije maskers: bedekken mond, neus en kin, het masker bestaat volledig uit filtermateriaal. Ze zijn hygiënisch daar ze na gebruik worden weggegooid.
Halfgelaatsmaskers: bedekken mond, neus en kin en zijn verkrijgbaar in uitvoeringen met 1 of 2 filters. Herbruikbaar, maar onderhoud en reiniging is noodzakelijk.
Volgelaatsmaskers: beschermt het volledige gezicht. Dit masker beschermt dan ook de ogen en heeft de beste aansluiting op het gezicht. Herbruikbaar, maar onderhoud en reiniging is noodzakelijk.
Luchtkappen: loszittende maskers die het hoofd bedekken tot op schouderlengte, de lucht wordt via een luchtbuis aangevoerd met behulp van een motoraangedreven systeem. Deze loszittende maskers kunnen worden gedragen door personen met een baard.
Motoraangedreven systemen: de omgevingslucht wordt door middel van een pomp over filtereenheden aangeblazen, dit zijn de zogenaamde ‘PAPR’ of Powered Air-Purifying Respirator.
Filters
Er bestaan filters die stof tegenhouden (deze worden aangeduid met de letter P), filters die gassen/dampen absorberen (deze worden aangeduid met de letter A) en er zijn filters die zowel stof als gassen/dampen kunnen tegenhouden, de zogenaamde combinatiefilters.
Voor adembescherming tegen infectieuze aerosols kunnen stoffilters worden aangewend, maar deze stoffilters bieden geen bescherming tegen gassen of dampen.
Op basis van de filterpenetratie worden ze onderverdeeld in drie klassen: P1, P2 en P3. Filters die in overeenstemming zijn met de Europese norm EN 143:2000 (8) zijn als volgt gemerkt: EN143 Px (met x is 1,2 of 3).
Filterende halfmaskers
Maskers kunnen volledig uit filtermateriaal bestaan zoals dit het geval is bij de zogenaamde ‘Filtering Facepiece Particles’ of filterende halfmaskers. Deze dragen de code FFP1, FFP2 of FFP3, waarbij de lettercodering ‘D’ achter de FFP codering aangeeft dat een dergelijk masker meermalig mag gebruikt worden binnen een 8-urige werkdag. De beschermingsklasse en minimum vereisten voor filterende halfmaskers wordt gegeven door de norm EN149:2001 (9) (welke de EN 149:1991 vervangt).
De filterefficiëntie geeft het minimum percentage aan deeltjes aan dat weerhouden wordt bij een aerosol van partikels met een gemiddelde grootte van 0,6 micrometer aan een debiet van 95l/min. Minimumvereisten voor filterende halfmaskers volgens de norm EN 149: 2001 bedraagt de filterefficiëntie 92% voor FFP2 en 98% voor FFP3.
In iedere inrichting waar gewerkt wordt met potentieel biologisch gevaarlijk materiaal dient er een “spill-kit” voorhanden te zijn. Na een spill-incident is de kans op blootstelling aan infectieuze aerosols reëel. Derhalve wordt aangeraden om de “spill-kit” te voorzien van een filterend halfmasker (FFP2).
Motoraangedreven stoffiltersystemen
Stoffilters kunnen tevens als stoffilterpatroon of inlegfilter gebruikt worden in combinatie met een halfmasker of volgelaatmasker.
Meerdere filters verlagen hierbij de ademweerstand en verhogen het comfort voor de gebruiker. Om het comfort te verhogen kan men ook opteren voor een masker met motoraangedreven aanblaaseenheid.
Bij motoraangedreven stoffiltersystemen bijvoorbeeld, onderverdeeld onder de categorieën THP1,THP2, en THP3, bestaat de uitrusting uit een helm of kap met een aanzetstuk (om het aangezicht te bedekken), een motoraangedreven ventilator en één of meer stoffilters die in één unit ingebouwd kunnen worden.
De ventilator bezorgt de drager een stroom van gefilterde omgevingslucht en uitademventielen verwijderen de lucht die de drager niet nodig heeft.
Protectiefactor
Verschillende types van ademhalingsbeschermingsmiddelen kunnen worden vergeleken op basis van de nominale protectiefactor die de theoretische graad van bescherming weergeeft en omgekeerd evenredig is met de totale inwaartse lekkage. In het algemeen wordt de keuze van het type ademhalingsbeschermer echter bepaald door de toegekende protectiefactor (TPF) die, voor een bepaalde werkplaats en/of situatie, steeds groter moet zijn dan de risicocoëfficiënt.
Chirurgische maskers
De meeste chirurgische maskers zijn niet ontworpen om de drager bescherming te bieden tegen inhalatie van aerosols. De voornaamste reden waarom ze bijvoorbeeld door zorgverleners worden gebruikt, is de bescherming van de patiënt tegen de blootstelling aan micro-organismen die vrijkomen tijdens praten, hoesten en niezen van de zorgverlener.
De filtercapaciteit van chirurgische maskers werkt dus van binnen naar buiten en kan erg variëren (van 0,5 micron tot 5 micron of meer).
Hoewel chirurgische maskers geen ademhalingsmaskers zijn, kunnen ze de proefnemer wel bescherming bieden bij manipulatie van infectieuze micro-organismen. Ze vormen namelijk een fysische barrière voor neus- en mondslijmvliezen, waardoor de overdracht van micro-organismen via druppels of bij spatten van geïnfecteerd materiaal kan worden verhinderd.
Chirurgische maskers worden door de Europese wetgeving beschouwd als medische hulpmiddelen en vallen onder de richtlijn 93/42/EEG (12).
De Europese norm EN14683 bepaalt de minimale prestatie-eisen waaraan deze maskers moeten voldoen.
De bacteriële filterefficiëntie is de effectiviteit van een chirurgisch masker in het tegenhouden van aerosole druppels, afkomstig van de drager, die bacteriën bevatten. Bij langdurige ingrepen wordt een masker met hoge filterefficiëntie aangeraden. Daarnaast wordt tevens de spatweerstand beschouwd. Chirurgische maskers zijn enkel bestand tegen het doordringen van spatten als deze uit geschikt filtermateriaal zijn vervaardigd. Hoe hoger de spatweerstand, hoe beter de gebruiker beschermd is tegen spatten.
PBM of niet?
Het chirurgenmasker (of in volksmond 'mondmasker') is geen persoonlijk beschermingsmiddel (PBM). Maskers die wel bescherming bieden tegen biologische agentia zijn wel PBM’s.
Is hergebruik mogelijk?
Inmiddels werd een nationale richtlijn uitgewerkt om hergebruik mogelijk te maken.
Bronnen: